22 juli 2021 06:00
De Invorderingswet geeft de ontvanger van de Belastingdienst de bevoegdheid om aan een belastingschuldige uit te betalen en van hem te innen bedragen aan belastingen en heffingen te verrekenen. De ontvanger doet mededeling van verrekening aan de belastingschuldige. De mededeling van verrekening met een openstaande belastingschuld is geen besluit waartegen beroep openstaat bij de bestuursrechter. Dat houdt in dat er ook geen toegang tot de bestuursrechter is wanneer de ontvanger geen beslissing neemt op een tegen een verrekening gericht bezwaar. De bestuursrechter zal zich in een dergelijk geval onbevoegd moeten verklaren.
Met betrekking tot de verrekening van belasting kan slechts een vordering bij de burgerlijke rechter worden ingesteld.
Opmerkelijk is dat Hof Arnhem-Leeuwarden in het hoger beroep tegen een onbevoegdverklaring door de rechtbank aan de belanghebbende een vergoeding voor immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn van behandeling heeft toegekend. De redelijke termijn voor de berechting van een zaak in hoger beroep bedraagt twee jaar nadat het hogerberoepschrift door het hof is ontvangen. In dit geval deed het hof vijf maanden na het verstrijken van de redelijke termijn uitspraak.
Alternatieve dekkingsopties voor maatregelen uit Belastingplan 2024
18 april 2024 |
Aanpassing besluit internationale waardeoverdracht van pensioen
18 april 2024 |
Loon of schenking?
18 april 2024 |
Gevolgen verliesverrekening voor aanslag waarmee verlies is verrekend
18 april 2024 |
Fiscale risico's bij schuiven met panden: wat u moet weten
18 april 2024 |